Teelt
De professionele teelt vindt vooral plaats in Zuid-Holland (rond Barendrecht), Limburg en Zeeland. De teelt kan op 3 verschillende wijze worden uitgevoerd:
Vollegrond:
Herfstteelt: breedwerpig of op rijen vanaf half augustus tot eind september zaaien. De rijafstand bedraagt 15 centimeter. Na het zaaien licht aanharken en de grond aandrukken. Na opkomst de planten uitdunnen tot 4 cm in de rij. Bij dichtere stand kan makkelijk smet (rot) optreden. Geoogst kan worden in december als de plantjes 10 cm hoog zijn. Later kunnen de planten doodvriezen.De opbrengst bedraagt ongeveer 1,5 kg/mē.
Voorjaars- en zomerteelt: zaaien op rijen met een rijafstand van 15 cm. Na het zaaien licht aanharken en de grond aandrukken. Na opkomst de planten uitdunnen tot 4 cm in de rij. De opbrengst bedraagt ongeveer 1,5 kg/mē.
Onder glas:
Winterteelt: breedwerpig zaaien vanaf eind september tot eind oktober onder glas of platglas. Bij deze teelt wordt er niet uitgedund. Na het zaaien het zaad licht inharken en de grond aandrukken. Het zaaibed moet tot de opkomst vochtig gehouden worden. Ook wordt er wel op perspotjes gezaaid. Geoogst kan worden vanaf half november tot half februari. De opbrengst bedraagt ongeveer 1,5 kg/mē.
Zaadteelt:
De teelt van zaad werd gedaan op de duinzandgronden van Noord-Holland, vandaar de rasnaam 'Grote Noordhollandse'. In november en december werd op rijtjes met een rijafstand van 30 cm gezaaid en in de rij bedroeg de plantafstand 2 cm. In april en mei bloeiden de planten en in juli viel het rijpe zaad op de grond. Dit werd uit de grond gezeefd.