Algemeen
Pronkbonen is een snijbonensoort, grover dan de snij- en spekbonen. De schil is iets ruw, met op de buik- en de rugnaad, vorming van een draad. In een ouder stadium bevat de peulwand een perkamentachtig vlies dat niet gaar kookt. De zaden zijn wit of rood.
De plant komt oorspronkelijk uit de berggebieden van Centraal-Amerika en Mexico en werd in de 17e eeuw naar Europa gebracht. De bloem is trosvormig en de bloei vindt plaats van juni tot eind september. De plant is weinig vatbaar voor ziekten en heeft weinig last van ruwe weersomstandigheden. Doordat de plant niet snel kapot waait wordt hij vanouds als windkering om snijbonen, augurken, en vroeger ook bij tabak gebruikt.