
Draga
Algemeen
- Vroegrijpheid = Middenvroeg
- Kiemrust = Zeer lang
- Loofontwikkeling = Vrij goed
- Schilkleur = Geel
- Vleeskleur = Witgeel
- Knolvorm = Rondovaal
- Vlakheid van ogen = Middendiepogig
- Grootte van de knollen = Zeer groot tot groot
- Opbrengst = Matig
- Drogestofgehalte = Zeer laag
- Kooktype = Redelijk vastkokend tot melig
- Geschikt voor = Verse consumptie
- Resistentie tegen bladrolvirus = Redelijk resistent
- Resistentie tegen A-virus = Redelijk resistent
- Resistentie tegen X-virus = Tamelijk vatbaar
- Resistentie tegen Yn-virus = Matig resistent
- Resistentie tegen phytophthora (loof) = Zeer vatbaar
- Resistentie tegen phytophthora (knol) = Redelijk resistent
- Wratziekte (fysio 1) = Resistent
- Schurft = Matig resistent
- Resistentie tegen stootblauw = Zeer goede resistentie
Morphologische kenmerken:
- Plant - laag tot middelmatig, bladtype loof structuur; stengels met lichte anthocyaan verkleuring; zeer groot, licht groen blad, gesloten bladsilhouet; zeer weinig of niet bloeiend, geen of zeer lichte anthocyaan verkleuring binnenzijde bloemblad.
- Knollen - rondovaal; gele, gladde schil; witgeel vlees; middendiepogig.
- Lichtkiem - midden groot, conisch, matige tot lichte anthocyaan verkleuring en zwak behaard aan basis; kiemtop midden groot met matige anthocyaan verkleuring; veel wortelpuntjes.