
Picasso
Algemeen
- Vroegrijpheid = Middenvroeg tot middenlaat
- Kiemrust = Lang tot zeer lang
- Loofontwikkeling = Zeer goed tot goed
- Schilkleur = Geel met rode ogen
- Vleeskleur = Lichtgeel
- Knolvorm = Ovaal
- Vlakheid van ogen = Tamelijk vlakogig
- Grootte van de knollen = Zeer groot tot groot
- Opbrengst = Zeer hoog
- Drogestofgehalte = Laag
- Kooktype = Redelijk vastkokend
- Geschikt voor = Verse consumptie
- Resistentie tegen bladrolvirus = Tamelijk vatbaar
- Resistentie tegen X-virus = Zeer goede resistentie
- Resistentie tegen Yn-virus = Redelijk resistent
- Resistentie tegen phytophthora (loof) = Tamelijk vatbaar
- Resistentie tegen phytophthora (knol) = Redelijk resistent
- Wratziekte (fysio 1) = Resistent
- Resistentie tegen aardappelcysteaaltje Ro1 = Resistent
- Schurft = Redelijk resistent
- Resistentie tegen stootblauw = Redelijk resistent
Morphologische kenmerken:
- Plant - hoog, tussentype loof structuur; stengels met lichte tot zeer lichte anthocyaan verkleuring; midden groot tot groot, licht groen blad, half open bladsilhouet; weinig tot zeer weinig bloeiend, geen of zeer lichte anthocyaan verkleuring binnenzijde bloemblad.
- Knollen - ovaal; gele met rode ogen, matig ruwe schil; lichtgeel vlees; tamelijk vlakogig.
- Lichtkiem - klein, ei-vormig, sterke tot matige anthocyaan verkleuring en niet of zeer zwak behaard aan basis; kiemtop klein met matige tot lichte anthocyaan verkleuring; matig tot weinig wortelpuntjes.